Ga naar de inhoud
Spaans Leren Privé
Cursusplatform
Spaans beginners platform
Terug naar de Cursussen
Klik op de eerste les en begin te leren!
Bekijk het korte filmpje en maak daarna de
test
(vanaf les 2).
Cursus inhoud
Lessen
Status
1
De uitspraak
2
Yo (ik) [Persoonlijke voornaamwoorden]
3
Yo bebo (ik drink) [Regelmatige werkwoorden]
4
Yo bebo una cerveza (ik drink een bier) [Zelfstandige naamwoorden]
5
Extra: Bezittelijke voornaamwoorden (MI casa, TU casa)
6
Yo bebo una cerveza fría (ik drink een koud bier) [Bijvoeglijke naamwoorden]
7
Extra: Tips om te leren tellen
8
¿Por qué viajo? (waarom reis ik?) [vraagwoorden]
9
Extra: Viajo y vivo, pero viajo o trabajo? (Ik reis en ik leef, maar reis ik of werk ik?) [voegwoorden]
10
Extra: Demostrativos (Dit, deze, dat…)
11
Yo soy un viajero y estoy viajando (ik ben een reiziger en ik ben op reis) [te zijn]
12
Extra: Muy of Mucho?
13
Yo viajo a Cuba en Avión por 2 semanas (ik reis naar Cuba met de vliegtuig voor 2 weken) [voorzetsels]
14
Extra: Vergelijken in het Spaans
15
Yo quiero viajar, puedo viajar y voy a viajar (Ik wil reizen, ik kan reizen en ik ga reizen) [onregel. werkwoorden]
16
Me gusta el Español, me gustas tú
17
Extra: Bien of Bueno?
18
Yo doy, yo hago, yo conozco… (onreg. eerste persoon)
19
Extra: Uren, dagen, maanden en de datum
20
Yo viajaría por más tiempo pero tengo que trabajar (ik zou langer reizen, maar ik moet werken) [zou]
21
Yo me despierto, me ducho y me voy (ik word wakker, ik douche me en ik ga weg) [Wederkerende werk.]
22
Yo he viajado alrededor del mundo (ik heb de wereld rond gereisd) [voltooid tegenwoordige tijd]
23
Hoe kan je verder leren?